Zuidkant van IJsland

Na ons grote avontuur in de bergen zijn we naar Kirkjubeajarklauster op de camping gegaan. Hier hebben we de volgende dag een kleine wandeling gemaakt. Door het dorp, langs een waterval [e-1f605] en op de berg was een 'natuurlijk' stuk waar een soort vloer van basalt stenen lag. Dit wordt ook wel de kerkvloer genoemd. Wel grappig. Het was weer lekker weer, dus de rest van de middag relaxed in de zon gezeten. Dat konden we wel gebruiken.

Zondag 12-6-22 naar Skaftafell gereden. Hier is het ook betaald parkeren en heel groot (dus heel erg toeristisch). Het is heerlijk zonnig en helder weer. We gaan een kleine wandeling lopen in T-shirt, maar wel de jassen mee in de rugzak, want het kan altijd omslaan. We wandelen omhoog naar een bekende waterval, de Svartifoss. Deze waterval komt langs basalt naar beneden en lijkt op een kerkorgel. Prachtig. We lopen het rondje af en lunchen in de zon. Dan lopen we nog een stuk de andere kant op om te kijken bij een gletsjertong. Wel gaaf om te zien. Je kan er niet vlak bij komen, maar met de verrekijker zie je het goed hoe delen afbreken over elkaar heen schuiven en hoe dik dat dan is.

Na die wandelingen rijden we richting Höfn. We komen nog langs ijsmeren. Dit zijn meren waar allemaal ijsschotsen in drijven. Het zijn stukken afgebroken gletsjer. Schitterend om te zien, zeker omdat het zo mooi helder weer was. De zon scheen erop, blauwe lucht. Hierdoor zag je ook alle tinten blauw en wit in de schotsen. Eerst waren we op een plek waar geen toeristen komen (weinig) later ook aan de toeristische kant waar je een boottocht kon maken tussen de schotsen (ik begrijp niet dat mensen dat doen want je staat als 'haringen in een ton' op zo'n bootje en ziet écht niet meer). Op dit stuk was wel meer te zien, omdat hier ook de doorsteek naar de zee was. Het werd net vloed dus veel reuring in het water. Schitterend om te zien hoe al die schotsen drijven en botsen. Het zat ook vol met 1ste jaars drieteenmeeuwen.

Nadat we daar een hele poos hebben gekeken gingen we naar de camping bij Höfn. Hier konden we nog buiten zitten.

Maandag rustig een stukje verder gereden en hier en daar gestopt bij natuurgebiedjes en langs de zwarte kiezelstranden. Opeens zie je overal kuikens van eidereenden, ganzen, scholeksters, roodkeelduikers. Heel leuk om te zien. We komen uit in Fáskrúdsfjördur. Een mooie camping met grasveld aan een binnenmeertje in het fjord. Hier blijven we dinsdag ook. Rondje dorp, vogels kijken en fotografen en relaxen in de zon. Martin heeft alvast met teiltjes warm water de velgen, onderrand en binnenkant van de deuren van de bus gewassen. Hij kon het niet meer aanzien en wil de Smallander wel weer schoon mee op de boot[e-1f92d]

Woensdag hebben we de Smallander weer helemaal gewassen, dus die glimt weer. Daarna zijn we op het gemak naar Egilsstadir gereden en hebben nog laatste boodschappen bij Bonus gehaald om de contanten op te maken. Conclusie, je hebt hier geen contant geld nodig. Echt overal kan je pinnen. Toen naar de camping in Seydisfjördur vlak bij waar de boot aankomt. Het wordt behoorlijk druk op de camping en lijkt meer op een parking dan een camping [e-1f602].

Nu hebben we net ontbeten en vast een lunchpakket gemaakt. We gaan zo de boot op. Op weg naar de Faeröer eilanden. De zon schijnt, het is helder, dus het zal een mooie tocht worden. Komende nacht zullen we om 3 uur aankomen in Torsvavn. Benieuwd wat we daar gaan beleven.